Nicaragua: Land van meren en vulkanen - Reisverslag uit Masaya, Nicaragua van Mariska & Arjan - WaarBenJij.nu Nicaragua: Land van meren en vulkanen - Reisverslag uit Masaya, Nicaragua van Mariska & Arjan - WaarBenJij.nu

Nicaragua: Land van meren en vulkanen

Door: Arjan & Mariska

Blijf op de hoogte en volg Mariska & Arjan

10 Juni 2010 | Nicaragua, Masaya

Na Honduras zijn we aangekomen in Nicaragua. Het land is mooi, er zijn veel vulkanen en meren en koloniale steden. Het is ook een land waar men op sommige plaatsen gewend is aan toeristen en waar het op andere duidelijk nog iets is waarvan mensen niet weten of ze het nou leuk vinden of niet. Op het eerste gezicht zijn veel mensen stug, maar wanneer we vriendelijk gedag zeggen krijgen we veelal een lach en een vriendelijk woord terug. In de lokale bussen merken we wel dat we toch een aantal keer duidelijk meer dan de locals betalen(en dan gaat het niet om grote bedragen) en het weer is zeer wisselvallig: Veel regen en hitte wisselen elkaar in een rap tempo af. En nu zit het er bijna op. Over een week precies vliegen we terug naar Nederland. Op zaterdag 19 juni komen we aan om 10.45 uur met vluchtnummer: BA 430 van British Airways. We hebben geen idee of en wie er naar Schiphol willen komen, maar voor degene die er zijn: Het lijkt ons leuk om na aankomst iets met zijn allen te gaan drinken op Schiphol. Daarna kan er voor wie dat wil meegegaan worden naar Alkmaar of Nederhorst waar uiteraard ook de voetbalwedstrijd bekeken zal gaan worden.... Maar zover is het nog niet, wij gaan eerst nog lekker een weekje genieten in Florida en jullie hebben ons reisverslag van Nicaragua nog tegoed, dus bij deze. Veel leesplezier en tot heel gauw. Dikke kus, Arjan & Mariska

2 juni, San Pedro Sula (Honduras) – Granada (Nicaragua)
We staan zeer vroeg op om rond 4.15 door de eigenaresse van het hostel naar de bushalte te worden gebracht. We kopen kaartjes voor de bus naar Managua (hoofdstad van Nicaragua) en stappen in om snel weer de ogen te kunnen sluiten. Als we net weer een beetje wakker zijn, maakt de bus een stop in Tegucigalpa, de hoofdstad van Honduras. Mooie plek voor een toilet- en eetstop. Halfuurtje later zijn we weer onderweg en de volgende stop is de grens met Nicaragua. Al het contact met het grenspersoneel wordt door de buschauffeur en bijrijder geregeld en we hoeven alleen maar te wachten en uiteraard te betalen, want hoeveel de landen een samenwrkingsverband hebben zijn en we geen stempels meer krijgen, moeten we wel betalen om het ene land uit te komen en om het volgende land weer in te komen...... Bij één van de geldwisselaars ruilen we wat dollars en onze laatste Guatemalteekse quetzales om zo wat Cordoba’s te hebben. Na de grens snelt de bus door naar Managua, waar we rond 17 uur aankomen. Na stevig onderhandelen een taxi gevonden die ons naar de minibusterminal brengt voor de minibus naar Granada. De “terminal” is een serie van garages die naast elkaar staan opgesteld en waar iedere garage een bepaalde bestemming heeft. Al snel is onze bus er, en er zit niets anders op dan met alle bagage op schoot de rit naar Granada te maken. Na een zeer onconfortabel ruim uur zijn we in het centrale park van Granada en al snel vinden we een hostel. Het biertje tijdens het eten smaakt erg goed en spoelt de lange reisdag langzaam weg.

3 juni, Granada
Na de lange rit van gisteren staat voor vandaag een beetje rondwandelen door Granada op het programma. We gebruiken de wandeling uit de LP als leidraad en komen langs verscheidene kerken (zowel oude als redelijk moderne), het oude fort van Granada, het centrale plein, het onafhankelijksplein en eindigen aan de waterkant. Vlak voordat we daar zijn komt er een man op ons af die dreigend een emmer boven zijn hoofd houdt om ons ermee te slaan. We weren hem af en lopen rustig (vooral uiterlijke schijn) door. De man blijft gelukkig achter. Wat een rare figuen heb je toch op de wereld, ondanks dat deze man ons al niet helemaal 100 % leek was dit toch wel een beetje beangstigend. Granada grenst aan het grootste meer van Nicaragua, dat tevens zo heet. Het meer staat verder bekend om het vulkanische eiland dat zich in het midden bevindt, Isla de Ometepe, waar we overmorgen een aantal dagen naartoe gaan. Granada heeft een beetje een mix van de koloniale gebouwen uit Antigua en Cartagena. Van de eerste de laagbouwhuizen en van de tweede sommige meer statige 2 verdiepingshuizen. Het is een leuke stad om doorheen te lopen, al kan het niet tippen aan één van de eerder genoemde steden. Tegen drieën zijn we terug in het hostel om op te frissen en te relaxen. ’s Avonds houden we het na het eten voor gezien en vallen we onder het geluid van de harde regen en onweer in slaap.

4 juni, Granada
Na een lekker ontbijtje in de straat van ons hostel (we denken dat het bakkerijtje van een fransman is, vandaar de lekkere broodjes) lopen we over de markt naar de bushalte, waarvandaan de meeste bussen vertrekken. Eerst lopen we nog een stuk over de lokale markt die nog behoorlijk groot is. Tussen alle kraampjes door komt er ineens een vrachtwagen aanrijden, die wil een zijstraat in. Belachelijke ondenrmening, tussen alle mensen, kleedjes en kraampjes door maar als er wat mensen hun spulen verhuizen lukt het hem toch. Als webij de busstandplaats komen aanlopen staat onze chickenbus op het punt van vertrekken en we hebben dus een perfecte timing. Al snel wordt duidelijk dat de bussen hier een heel ander tempo aanhouden dan die in Guatemala, de achtbaanrit die we daar regelmatig hadden is veranderd in een boemel. Dit geeft ons wel een goede gelegenheid om de omgeving goed te bekijken. Vooral veel groen, bananenbomen en heuvelachtig. Na zo’n ¾ van de rit komt de bus ineens plotseling tot stilstand....lekke band. Iedereen krijgt wat geld terug en als we op het punt staan te gaan lopen komt de volgende alweer voorbij. Even later zijn we bij het dorpje Catarina, bekend om het uitkijkpunt over Laguna de Apoyo, een kratermeer iets ten noordwesten van Granada. We lopen door het dorpje en vinden al snel de weg naar het uitkijkpunt. Als we aankomen echter geen uitkijk. Het slechte weer van ’s ochtends is blijven hangen boven het meer en we zien niet veel meer dan 50 meter voor ons. Ondertussen begint het te regenen en nemen wat te drinken bij één van de restaurantjes om zo de regen en hopelijk de mist uit te zitten. Na een kwartier zit het ons dan toch mee en verdwijnen de regen en mist ineens en hebben we uitkijk over het meer, Granada en het daarachter gelegen meer van Nicaragua. Na de nodige foto’s pakken we onze meegenomen lunch en eten we die onder het genot van het uitzicht en de af en toe doorschemerende zon. Na nog wat rondwandelen nemen we de bus terug naar Granada. Terug in de stad is de zon helemaal doorgebroken en is zelfs het wolkendek boven de andere vulkaan (Mombacho) bij Granada verdwenen en kunnen we deze dus ook in zijn geheel aanschouwen. Terug in het hostel wordt ons goede humeur verpest door de receptionist. Hij beweert bij hoog en laag dat we nog niets betaald hebben voor onze kamer, terwijl we voor de eerste nacht vooraf betaald hebben. Als we op het punt zijn beland dat hij dreigt de politie te bellen en wij zeggen: “doe maar”, dimt hij in. We geven hem nog de keuze tussen 2 nachten betalen of dat we nu weggaan zonder ook maar iets te betalen. Uiteindelijk na veel heen en weer geschreeuw en verwijten blijft het bij de nog verschuldigde 2 nachten. Erg zonde want we hadden het best naar ons zin in dit hostel. ’s Avonds eten we een lekkere pizza en drinken we een koel drankje op het terras in de zwoele avondlucht.

5 juni, Granada – Isla de Ometepe (San Jose: Finca Venecia
’s Ochtends hebben we nog altijd geen besluit genomen of we met de taxi of met de bus (chicken bus naar Rivas en vanaf daar alsnog met een taxi naar de haven) naar de ferry naar Isla de Ometepe moeten nemen. Volgens de LP moet het ongeveer $25 kosten met de taxi en we besluiten dat als het voor die prijs of minder lukt we de taxi nemen en anders met de bus gaan. We ontbijten in de straat voor ons hostel en pakken vervolgens onze spullen. De eerste taxi die we vragen houdt het op $50, en in de buurt van de bushalte vragen we het nog 1x. Ditmaal hebben we beet en onderhandelen we de $30 zelfs nog terug naar $20. Vamos! Wat een heerlijk relaxt ritje had moeten worden, wordt toch weer een belevenis. Als we de “grote” weg op zijn gereden naar het zuiden stopt de chauffeur ineens langs de kant van de weg in the middle of nowhere. Net als we ons beginnen af te vragen of we onze tassen wat steviger vast moeten gaan houden, stapt de chauffeur uit en koppelt die het bordje TAXI los en haalt het van het dak. Hij vervolgt de rit en na zo’n half uurtje rijden wordt duidelijk dat het een tijd geleden is dat onze chauffeur voor het laatst in Rivas/de haven is geweest. Hij begint erg onrustig te worden, gas te geven en weer los te laten en continu opzij te kijken. Eindelijk bereiken we de afslag naar de haven, waar hij ronduit gefrustreerd is als we er aankomen en tegen ons snauwt dat wij de tax moeten betalen die hij moet betalen om met zijn taxi het haventerrein op te mogen rijden. We bedanken vriendelijk, betalen hem en worden direct naar de klaarstaande ferry geloodst. We hebben net de boot naar San José (plaatsje waar ook het door ons beoogde hotel zit) gemist en moeten Moyogalpa om vanuit daar de bus te nemen. Het kost ongeveer een uurtje om het meer over te varen en ondertussen komen de twee pieken van de vulkanen van het eiland steeds dichterbij. Het eiland bestaat uit 2 vulkanen die door de jaren heen aan elkaar gegroeid zijn. Het eiland bestaat dan ook uit 2 delen; de ene kant is vulkaan Concepcion (een nog aktieve vulkaan) en de andere kant is vulkaan Maderas (Non aktief), verbonden door een tussenstukje. Op beide vulkanen bevinden zich diverse kleine dorpjes. We zijn duidelijk buiten het hoogseizoen, de verhouding toeristen/locals is erg laag. Eénmaal in Moyogalpa staat er uiteraard de gebruikelijke groep taxichauffeurs, die achterlijk hoge bedragen vragen. We lopen dan ook stug door en stappen in de klaarstaande lokale bus. 20 minuten later staan we bij de uitrit van Finca Venecia, de door ons uitgekozen verblijfplaats. Er is genoeg plek en we trakteren ons op de meeste luxe ruimte, een cabana met airco, veranda en uitzicht op het meer. De rest van de dag relaxen we lekker aan het meer. ’s Avonds valt de electriciteit met regelmaat uit, wat het eten een beetje tot ‘dinner in the dark’ maakt. We informeren nog even naar de mogelijkheden voor toertjes en komen vooral tot de conclusie dat die behoorlijk aan de prijzige kant zijn als we dit met zijn 2en willen doen. Hoe meer mensen, hoe lager de prijs. Voor onszelf nemen we iig de beslissing om deze keer geen vulkaan te beklimmen nadat we gehoord hebben dat het momenteel heel erg nat en blubberig is en de kans op geen uitzicht op het kratermeer of de omgeving door de vele wolken en regen erg groot is. Ook de waterval laten we zitten: het kost ons teveel geld om er met een jeep heen te gaan en ook de ruim 4uur durende tocht om er lopend te komen nadat je met een bus bij de startplaats bent aangekomen trekt ons niet heel erg in de wetenschap dat alle paadjes halve rivieren en blubbermassa zijn geworden.

6 juni, Isla de Ometepe (Santo Domingo: Finca Santo Domingo)
Rond 8 uur staan we op en gaan we ontbijten. Bij het ontbijt informeren we bij een aantal andere gasten wat die de komende dagen gaan doen, om zo eventueel een toertje te kunnen delen. Iedereen blijkt het hotel als een soort tussenstop te gebruiken om vandaag door te reizen naar het andere deel van het eiland. Hoewel we het eerst niet van plan waren besluiten we dit ook te gaan doen en na twee nachten weer terug te komen in dit hotel. De grote rugzakken laten we hier lekker achter en zo kunnen we wel zelfstandig wat ondernemen. Rond 10.30 uur verlaten we het hotel. Aan de wegkant komen we één van de andere stellen tegen, die nog zitten te wachten op de bus. Vlak daarna komt er een minibusje die ons voor $ 2,50 pp direct naar de plek van bestemming brengt. En zo zijn we amper 2 uur na dat we besloten hebben te verhuizen, aangekomen op het mooiste strand van het eiland, playa Santo Domingo. Na wat zwemspullen gepakt te hebben lopen we een stukje van de weg terug naar een natuurlijke bron op zo’n 2,5 km afstand (Ojo del Agua). De bron is uitgebouwd tot een soort natuurlijk zwembad waar toeristen en locals naar toe komen om in het zuivere water af te koelen. Afkoelen is ook zeker nodig na de wandeling en het komt ook erg goed uit dat er een eettentje zit. Als we goed en wel zitten begint het keihard te plensen en snel schuilen we onder een afdakje. De regen stopt, maar de zon komt niet meer terug. Tegen drieën besluiten we terug te gaan. Op de terugweg nemen we niet geheel de gewone weg, maar volgen we voor een deel ook een wandelpad (Sendero Pena Inculta) dat door de omliggende natuur leidt. Al snel na het inlopen van het pad zijn we opgenomen in de omgeving en is er niets meer te zien van de weg en de bebouwing eromheen. We horen vooral veel vogels en geritsel van alle wegschietende salamanders. De begroeiing bestaat uit vele verschillende soorten bomen en struiken, met oa de voor ons inmiddels bekende telefoonboom en vele lianen. De Lonely planet gaf aan dat als we geluk hadden we mogelijk apen zouden spotten, maar tegen het einde van de wandeling hebben we alleen nog maar de brulapen in de verte gehoord, enkele kleine salamandertjes gezien en verder vooral veel mieren en enkele mooi gekleurde zwart/gele duizendpoten. Maar dan spot Maris een zwiepende staat tussen de bladeren en al snel laten de nieuwsgierige, maar zeer schuchtige “white faced” apen zich heel voorzichtig eventjes zien. Een soort die we deze reis nog niet eerder gezien hebben! Na 10 minuten vinden ze het mooi geweest en duiken ze verder het bos in. Wij lopen door naar de uitgang en naar het hotel. Daar worden we onaangenaam verrast door enorme zwermen kleine vliegachtigen die bij navraag 1x per week schijnen langs te komen. Hoewel ze niet prikken, komen we ze vooral tijdens het eten overal tegen en is onze salade niet echt vegetarisch meer....

7 juni, Isla de Ometepe (Santo Domingo: Finca Santo Domingo)
Na een ietwat zweterige nacht komen we ons bed uit. Snel wakker zijn we wel, de koude douche is hier ook echt koud. Dat is iets waaraan we nog steeds niet gewend zijn! Na het ontbijt bekijken we online op de computer van het hotel nog even de weersvoorspellingen voor de komende week. Die zijn niet erg denderend, met een zware depressie op komst met veel regen en onweer. Ons plan om de laatste week van onze reis op little corn island (een bounty eilandje voor de kust van Nicaragua) door te brengen met zonnen en duiken wordt wel een beetje wankel. Eerder hadden we al vernomen dat door de orkaan Agatha het zicht onder water al niet zo denderend was en als je dan ook nog eens veel regen hebt is er niet veel te doen op een eilandje van 5 km2. Plan B is om de laatste week naar Miami te gaan, waar we zijn uitgenodigd door Alek en Anna die we kennen van duiken op Utila. Miami is een van de tussenstops op weg naar Nederland dus als we de datum van de vlucht kunnen veranderen kost ons dit niets extra’s. We sturen een mailtje naar Anna en Alek of het hun eventueel zou uitkomen. Daarna doen we onze wandelschoenen aan en starten we de wandeling van 4 km. naar Santa Cruz. De vliegjes zijn nog niet vertrokken en ze komen zo nu en dan letterlijk onze neus uit. Bah! Het zonnetje komt af en toe door en brandt lekker. Na een uurtje stappen lopen we tegen de voet van de vulkaan Maderas op. Hier gaat de weg 2 kanten op en wij nemen de weg richting Finca El Povenir, waar een aantal rotstekeningen mooi bewaard zouden moeten zijn. De Mayas en Azteken hebben geen tempels achtergelaten op Nicaragua, maar wel zijn er vele rotstekeningen en statues bewaard gebleven, gemaakt door afstammelingen van de Azteken. Bij de Finca besluiten we eerst wat te gaan eten. Het uitzicht is erg mooi, over de velden en op de Concepcion vulkaan, die, evenals de Maderas, voor een goed deel in de wolken zit. Erg veel zin om te werken hebben ze hier niet, uiteindelijk halen we zelf de menukaart en lopen we naar de keuken om de bestelling door te geven. Het duurt dan nog eens ruim een uur voor het drinken en eten er is. Ondertussen is er al een buitje gevallen en klinkt er in de verte wat gerommel. Als het weer droog is gaan we op pad om de rotstekeningen te bewonderen. Er zijn er een paar op het terrein van de finca, om de volgende te zien moeten we echter door het hek een weiland vol koeien, stieren en kalfjes door. Temidden tussen de koeievlaaien liggen nog 3 rotsen met tekeningen. Terwijl wij deze bekijken, staan de koeien ons inmiddels aan te kijken en zich waarschijnlijk af te vragen wat die menswezens in hun weiland moeten. Hierna lijkt het pad op te houden terwijl er naar ons idee nog wel meer rotstekeningen moeten zijn. We lopen nog een stukje verder, maar dan komt het onweer wel heel dichtbij en net als we besluiten terug te lopen gaan de hemelsluizen open en komt het water met bakken naar beneden. De donder klinkt enorm hard en om ons heen flitst het ook aardig. Half rennend gaan we over de modderige paadjes terug naar de finca en schuilen we onder het eerste het beste afdak wat we tegenkomen: toevallig een in aanbouw zijnde complex, waar 3 mannen hun werk gestaakt hebben en languit op de grond liggen te rusten. Hier blijven we een tijdje staan en zodra het iets zachter regent lopen we snel terug naar de overkapping waar we eerder gelunched hebben. Als het weer droog is lopen we eerst het stuk weer terug naar het weiland. De weg is inmiddels een rivier geworden en balancerend op keitjes en droge stukjes proberen we om niet tot onze enkels in de blubber of het water weg te zakken. Helaas kunnen we ook nu niets meer vinden aan rotstekeningen en besluiten we maar gewoon terug te lopen. En dan zien we ze wel: op het pad terug naar de weg zijn er nog een aantal, dus via deze rotstekeningen lopen we terug naar de grote weg. In de bushalte zit geen mens (de uitdrukking er zit geen kip gaat in deze niet op: er zaten namelijk wel 3 kippen) dus beginnen we aan de 4 km terug. Al snel doen we niets anders dan vlieghappen en ook op het strand zitten hele zwermen. Het ziet op sommige plekken gewoon geel van deze kleine beestjes. Gelukkig steken ze niet, maar vies is het wel. We lopen een stukje over het strand maar besluiten toch weer terug te lopen naar de grote weg, waar we de mazzel hebben dat er een bus aan komt en ons meeneemt tot Finca Santo Domigo. Bezweet, nat en modderig stappen we snel onder de koude douche die nu wel lekker verfrissend is.Onder het genot van een Nica Libre (de nicuraguaanse variant op cuba libre) lopen we nog een stukje over het strand, wat inderdaad erg mooi is hier. Ook de vliegjes lijken eindelijk wat minder te worden gelukkig. Heel even zien we de Maderas vulkaan volledig uit de wolken, maar dit is van hele korte duur. Na nog enkele potjes yahtzee is het tijd voor de avondmaaltijd en daarna kijken we nog gauw even naar de mail. Jawel, reactie terug van Anna en Alek, hartstikke leuk als we komen en ze hadden net op de planning staan dat weekend te gaan duiken op de Keys, dus kunnen we mooi mee. Nu is het aan ons om de knoop door te hakken. We gaan er maar eens een nachtje over slapen.......

8 juni, Isla de Ometepe (Santo Domingo - San Jose)
Soms heb je van die dagen dat niks gaat zoals je eigenlijk zou willen. Zo’n dag blijken wij vandaag te hebben. We worden al vroeg wakker van de stromende regen op het golfplatendak. Het gaat zo hard dat het meer doorloopt op het strand en je niet door de regen heen kan kijken. Ons plan om ’s ochtends vroeg dus nog even lekker op het strand door te brengen valt al letterlijk het water in. Ons plan om de bus van 9.15 uur te nemen naar Altagracia ook, want tegen die tijd komt het nog net zo hard naar beneden en heft het weinig zin om op pad te gaan. Om 10.45 uur lijkt het iets zachter te gaan en moeten we ook onze kamer uit dus nemen we de bus naar Altagracia. Eenmaal daar begint het weer harder te regenen en rennen we snel naar het plein voor de kerk waar nog enkele mooi bewaard gebeleven statues staan, onder een afdakje. Helaas blijven we niet alleen, een man, die zegt dat hij gids is, komt ons gezelschap houden en vertelt eea wat we eigenlijk al wisten. Hij wil graag dat wij met hem nog de vulkaan gaan beklimmen maar dat willen wij dus niet. Als we naar de kerk gaan en weer terug komen staat hij elders met 2 andere toeristen dus lopen we snel verder naar het museum dat tot 16.00 uur open zou moeten zijn. Helaas begint het nog veel harder te plenzen waardoor het nodig is onder een afdakje te schuilen. Als we dan het museum gevonden hebben hangt er een bordje op de deur: Open van 9.00-12.00 uur. De deur is echter hermetisch afgesloten en onze horloges geven nog geen 11.30 uur aan. Nou ja zeg! Voor niks gekomen dus. De bus rijdt ook net weg en het internetcafe wat we gevonden hebben gaat dicht als we net een kwartiertje zitten.... Dan besluiten we te lopen richting het strand, waar ook nog statues zouden moeten staan. De wandeling op zich is mooi, langs bananenplantages, met uitzicht op de vulkanen en door de achterwijken van het dorp waar aan de reacties van mensen te merken maar weinig toeristen komen. Echter op het strand geen statues te vinden dus gaan we maar weer terug. We hebben een prachtig zicht op vulkaan Concepcion die helemaal uit de wolken is. Echter is het toch iets verder lopen dan gedacht en missen we de volgende bus dus ook. Dan toch maar weer even terug naar het internetcafe wat inmiddels weer open is. De bus van weer een uur later hebben we dan wel. Gelukkig hadden we vooraf gemeld dat we terug kwamen bij Finca Venecia want er zit een grote groep nu en de meeste huisjes zijn vol. Tevens willen we even bellen om te informeren naar de vluchten voor Corn islands en Miami. We moeten over een kwartiertje terugkomen, maar als we terugkomen is de man nergens meer te bekennen en als hij terug is, is het al te laat om nog te bellen. Ook is het te laat om de paardrijtocht naa Laguna Verde te gaan maken die we voor ogen hadden als we vroeg vertrokken zouden zijn, dus besluiten we erheen te wandelen. Het eerste stukje is over het strand, dan gaan we wat meer de bush in en komen we bij Laguna Verde uit, een mooi groen meertje met uitzicht op de Concepcion vulkaan. We lopen de wandeling om het meertje heen en eindigen bij Cerro del Diablo, een heuvel die je op kan en waarvanaf je een erg mooi uitzicht schijnt te hebben op het eiland, het meer en beide vulkanen. De paden zijn niet helemaal duidelijk, maar lijken wel door te lopen naar boven dus wij blijven het stug volgen, tot we een man tegenkomen die hout aan het sprokkelen is en zegt dat we hier niet verder kunnen en 1 van de andere paden links of rechtsom hadden moeten nemen ipv omhoog. En inderdaad, we lopen tegen een hek aan. Dan maar terug naar beneden en rechtsom: ook een hek en prikkeldraad... Hmmm, dan maar linksom. Maar ook hier komen we niet verder en dan komen we de man weer tegen die ons weer een andere kant op wijst. Na een kwartier lopen we weer tegen prikkeldraad aan, maar ligt aan de andere kant de weg dus kruipen we eronderdoor. Maar ook dit pad loopt dood. We snappen er niks meer van en aangezien de muggen toenemen worden we aardig lekgeprikt. Gezien het tijdstip (schermering) en de grote hoeveelheid muggen en andere kleine steekbeestjes besluiten we terug te lopen en als we aan de grote weg aankomen staat toch echt het bord naar de cerro dit pad op met een pijl. Dit levert toch wel enige frustratie op. Terug op de finca is er wat consternatie op het strand: er loopt een grote bruine tarantula over het strand. Maris kan nog een mooie foto nemen voor het beest wegloopt. Even later nog meer consternatie: de spin wordt aangevallen door een enorm wespachtig insect en lijkt even later dood te zijn.... Hmmm de natuur is wreed. Na de maaltijd pakken we de tassen in en gaan we slapen.

9 juni, Isla de Ometepe – Managua
Om even na 7.00 uur lopen we over het strand naar de ferry. Deze vetrekt vanaf het plaatsje waar wij vlakbij verbleven (San Jose) dus dat is prettig. In het meer zijn vele mensen al aktief de was aan het doen: in het water staan stenen tafeltjes waarop stapels kleding liggen en zo wordt in het meer de was gedaan. Om 5 voor half 8 lopen we de ferry op (een nederlandse boot te zien aan de nederlandse teksten op de bordjes) en om hal 8 vertrekken we. Goede timing! We hebben een plaatsje op het bovendek en kunnen zelfs een broodje en kop koffie kopen, helemaal goed dus. Een uur later meren we aan in San Jorge en worden we overvallen door taxichauffeurs om ons naar Rivas te brengen. De eerste vraagt 2 dollar pp wat ons wat veel lijkt en als Maris naar de volgende loopt vraagt deze 1 dollar pp. Hij biedt nog een mooie prijs om ons helemaal naar Managua te brengen omdat volgens hem de bussen er 4 uur overdoen en pas later vertrekken, maar we kiezen toch voor de bus. Grappig om te zien is dat in Rivas behalve taxis en bussen ook vele fietstaxis en paard en wagen nog gewoon dienst doen als vervoermiddel. Een chickenbus komt aanrijden als wij de taxi uitlopen en deze gaat inderdaad naar Managua, dus we stappen meteen in. En wat erg prettig is: de bagagerekken zijn verlaagd zodat onze tassen gewoon in het rek kunnen en niet op het dak hoeven. Tevens betalen we de prijs die de locals ook betalen. (die is de afgelopen keren in Nicaragua al eens anders geweest hebben we inmiddels moeten concluderen) Zo’n 2,5 uur later zijn we in Managua. Omdat we niet precies weten waar het hotel zit rijden we maar mee tot de terinal om daar een taxi te nemen. Nou dat hebben we geweten! Zodra de bus stil staat rent er al een taxichauffeur met een van onze tassen weg (die hij gewoon uit de handen van de bijtrijder trekt) en gooit deze in zijn laadbak. Vervolgens staan er nog 10 man om je heen te schreeuwen, hun pasjes onder je neus te duwen en aan je te trekken terwijl wij die tas alweer uit de kofferbak proberen te halen want we willen helemaal niet meteen al in een taxi zitten zonder afspraken. Dan vragen ze allemaal door elkaar waar je heen wil, doen ze alsof ze weten waar het is en roepen ze een prijs (5 dollar in dit geval) en roepen ze ook allemaal “dat is echt een hele goede prijs hoor” Vervolgens blijkt de chauffeur bij wie je uiteindelijk instapt helemaal niet te weten waar het is. Als wij aangeven dat wij alleen een telefoonnummer hebben en of hij niet kan bellen, gaat zijn raampje weer open, komen de andere chauffeurs er weer bij en wordt er om een telefoon geschreeuwd. Blijkbaar is het niet gelukt om te bellen, want we rijden ineens weer weg. Dan stopt hij weer, stapt uit om voor zijn eigen telefoon beltegoed te kopen (ook hier hebben ze dus nooit tegoed want.... je wordt wel teruggebeld en anders leen je gewoon de telefoon van iemand anders?!) en laat alle raampjes open staan, waardoor we binnen de kortste keren meteen bedelende kinderen door t raampje hangen en de dorpsgek. Hij belt het hotel, krijgt het adres en we zijn op weg. Halverwege wil hij dan ineens meer geld hebben omdat t verder is dan ie bedacht had en hij onkosten gemaakt heeft omdat hij moest bellen om het adres van het hotel te vragen. Dat dachten we dus niet. Ondertussen hebben wij al schoon genoeg van alles en krijgt hij de volle laag van ons beiden. We maken hem duidelijk dat we hem geen cent meer betalen en dat hij dan eerst maar de bestemming moet weten en dan gaan onderhandelen over de prijs. Pffff wat een gedoe, maar we komen bij het hotel uit, wat iets duurder is, maar net even buiten Managua ligt in een veilige wijk. Kleine maar mooie kamer, eindelijk weer eens een warme douche en een heerlijk bed! En nu moeten we dan toch echt gaan beslissen of we naar de Corn islands gaan of naar Miami. Het blijft een moeilijke keus, vooral weersafhankelijk. En het meest lastige is dat de weersvoorspellingen elkaar behoorlijk kunnen tegenspreken en kunnen veranderen. Maar de belangrijkste overeenkomst blijft bewolking, veel regen, onweer en een hoge luchtvochtigheid. We komen er niet echt uit en kijken of het lot een handje kan helpen. Misschien zijn de tickets wel uitverkocht? Nee dus, we kunnen gewoon vertrekken. Na nog een tijdlang wikken en wegen besluiten we de knoop door te hakken en naar Miami te gan. De weersvoorspellingen zijn beter en we hebben meer mogelijkheden. We kunnen duiken, naar het strand, shoppen, Miami bekijken en eventueel nog naar een van de pretparken in Orlando. We bellen met America Airlines en binnen enkele minuten is ons ticket gratis veranderd en vliegen we overmorgen naar Miami. Het geeft ons meteen rust en opgelucht nemen we een duik in het zwembad. Inmiddels is de zon vertrokken en binnen korte tijd barst de regen weer los. Het eten hier smaakt erg goed en de rest van de avond vermaken we ons met lezen, auto regelen en afspraken maken met Anna en Alek.

10 juni, Managua – Masaya - Managua
Vandaag willen we 2 dingen doen: naar de markt in Masaya en naar Masaya vulkaan NP. Gisteren hebben we verschillende opties bekeken, de meeste komen neer op een toertje boeken of met een taxi gaan die daar op je wacht. Beiden zouden ons rond de 30 dollar gaan kosten, maar we besluiten gewoon met het lokale vervoer te gaan. We lopen naar de hoofdweg en al snel hebben we een busje die ons voor de ingang van het NP afzet. Vanaf hier is het 5 km omhoog lopen zonder enige beschutting. Vandaag is toevallig weer eens een mooie zonnige en warme dag en we hebben geen zin en tijd om omhoog te lopen. Gelukkig kan je bij de ingang voor weinig geld ook transport regelen. Ook zijn er diverse wandelingen waarvan er een aantal betaald moeten worden. We kiezen er een van uit en gan met het vervoer naar het visitorscentrum. Daar is een interessante tentoonstellingen over vulkanen in zijn algemeenheid, het ontstaan van midden Amerika, de breeklijnen en specifiek de vulkanen in Nicaragua en de vulkaan waar we nu zijn. Deze heeft 5 kraters, waarvan er een, de Santiago, nog aktief is. De bewaker van het centrum is erg vriendelijk en vertelt ons vol enthousiasme over het park en de geschiedenis. We zijn dan ook zijn eerste bezoekers, alle toertjes rijden het centrum voorbij. Dan komt de gids, ook al erg vriendelijk, en maken we een wandeling door een stuk bos om vervolgens bij enkele fumaroles uit te komen. Een kaal gebied, de grond is te heet om bomen op te laten groeien. Overal komt rook uit de gaten. Vervolgens wacht de pick up ons weer op en brengt ons naar de Santiago krater. Deze is nog zeer aktief en spuugt continue grote wolken rook uit. Ook horen we zo nu en dan wat gerommel. Een trap leidt omhoog naar een punt vanaf waar je de hele krater (en de 2 kleintjes ernaast) kan zien. Hele zwermen papaegaaien leven in de gaten van de rotswand. We zien ze niet omdat ze overdag in het bos zijn en pas na zonsondergang weer terugkeren. Vervolgens lopen we omhoog naar de Masaya krater, die slapend is en volgegroeid met bomen. Er loopt een pad langs de kraterrand en we besluiten deze te lopen. Al met al een ruim uur heuvel op heuvel af. We worden goed in de gaten gehouden, want de 2 bewakers (elk halverwege de krater) weten wie we zijn. Een van hen begint nog een praatje en laat zien tot hoever de lava heeft gestroomd en dat het meer uiteindelijk de stroom gestopt heeft. Het eens ronde meer heeft nu een halve maan vorm, maar heeft het dorpje gered van de lavastroom. Verder leven er vele gieren die door ons opgeschrikt worden en tegelijk wegvliegen. Tot slot nemen we de pick up weer terug en lopen we naar de hoofdweg om een bus te nemen naar Masaya dorp. De eerste 2 rijden door, de 3e stopt en in het minibusje staan we gebukt (terwijl de locals gewoon rechtop kunnen staan) in het gangpad. In het centrale park stappen we uit en nemen we eerst wat te eten bij een van de vele eettentjes. Daarna bekijken we de kerk, zoeken we het postkantoor en lopen we over de toeristenmarkt. We vinden de prijzen behoorlijk hoog liggen en alles is dan ook in dollars. Verderop moet ook een lokale markt zijn waar ook handwerk verkocht wordt dus lopen we daarheen.We vinden wat leuke dingetjes voor prima prijzen en dan begint de zoektocht naar een geschikte hangmat. We willen een grote, met houten stokken en felle kleurtjes. De verkopers zijn maar wat bereid om ons te helpen en een meisje haalt van alles tevoorschijn, alleen, heel sneu, ze heeft geen kleuren die wij mooi vinden..... Bij een andere plek zijn ze wel goedkoper maar lijken ze ook kleiner. Uiteindelijk vinden we er 2 naar ons zin, van (hopelijk) goede kwaliteit en voor, naar ons idee, een prima prijs, veel goedkoper dan op de toeristenmarkt en in de LP. Bepakt en bezakt gaan we weer op zoek naar een bus en na wat vragen komen we in de goede bus uit en stappen we weer uit bij de afslag naar het hotel. We zijn nog geen 5 minuten binnen en de regen en wind barsten los, wat een timing, het is de hele dag mooi geweest dus nu mag het! Vervolgens valt ook de stroom uit en gaan we eten bij kaarslicht. Gelukkig duurt het niet al t lang en kunnen we al onze spullen uitzoeken en inpakken en de hangmatten als apart pakketje maken voor in het vliegtuig. Wij zijn er klaar voor! Om 5.00 uur zal de taxi ons ophalen om naar het vliegveld te gaan voor onze vlucht naar Miami.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Mariska & Arjan

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 1506
Totaal aantal bezoekers 70350

Voorgaande reizen:

15 Juli 2009 - 19 Juni 2010

Wereldreis

07 September 2008 - 24 September 2008

Backpacken in Marokko

30 April 2008 - 15 Mei 2008

Rondreis Brazilie Fox

12 November 2007 - 08 December 2007

Backpacken in Thailand, Laos en Cambodja

Landen bezocht: